Inhoud van het onderzoek
Tijdens het onderzoek van de inspectie worden de volgende standaarden onderzocht. Je kunt hier lezen wat dat precies betekent.
-
OP0 → Basisvaardigheden
Het onderwijs in basisvaardigheden bereidt de leerlingen voor op het vervolgonderwijs en de samenleving.
BasiskwaliteitDe school heeft voor het onderwijs in de basisvaardigheden Nederlandse taal (mondelinge taalvaardigheid, lezen, schrijven, begrippenlijst en taalverzorging), rekenen-wiskunde (getallen, verhoudingen, meten en meetkunde, en verbanden) en burgerschap een doelgericht en samenhangend curriculum dat past bij de leerlingenpopulatie van de school. Voor Nederlandse taal en rekenen-wiskunde is de inhoud van het curriculum tenminste dekkend voor de kerndoelen en werkt het toe naar de referentieniveaus. Het curriculum kent een logisch doorlopende opbouw van doelen en bereidt leerlingen voor op de volgende leerjaren, het vervolgonderwijs en de samenleving. De uitvoering van het curriculum is herkenbaar in de onderwijspraktijk.
Mogelijke vragen- → Waarom bereid ons aanbod aan basisvaardigheden de leerlingen voor op het vervolgonderwijs en de samenleving?
- → Hebben we voor alle kerndoelen de bijbehorende leerdoelen in ons aanbod?
1. Beheersing van de basisvaardigheden: Het bereiken van referentieniveaus in taal en rekenen is fundamenteel voor deelname in het vervolgonderwijs. Dit zorgt ervoor dat leerlingen in staat zijn om complexere lees-, schrijf- en rekenopdrachten aan te kunnen die ze op latere niveaus gaan tegenkomen.
2. Zelfstandigheid: Het vermogen van leerlingen om zelfstandig aan hun doelen te werken is van essentieel belang voor het onderwijsproces. Naarmate ze verder gaan in hun onderwijstraject, zal er meer van hen verwacht worden om zelfstandig te kunnen studeren, projecten uit te voeren en problemen op te lossen.
3. Persoonlijke ontwikkeling: Aandacht voor persoonlijke ontwikkeling stelt de leerlingen in staat om zichzelf beter te begrijpen en hun eigen sterke punten, zwakheden en passies te ontdekken. Dit kan hen helpen bij het kiezen van een toekomstige studierichting die bij hen past.
4. Inclusiviteit en diversiteit: Het leren omgaan met diversiteit en het respecteren en erkennen van de waarde van inclusiviteit is een belangrijke levensles. Het is niet alleen essentieel voor een gezonde sociale dynamiek op school, maar bereidt de leerlingen ook voor op de multiculturele en diverse samenleving die ze buiten de schoolmuren zullen tegenkomen.
5. Digitale vaardigheden: De integratie van digitale vaardigheden in het basiscurriculum bereidt de leerlingen voor op een wereld waarin technologie een steeds grotere rol speelt. Zij zullen deze vaardigheden nodig hebben bij vervolgstudies, maar ook in vrijwel elk mogelijk toekomstig carrièrepad.
Door middel van deze aanpak krijgen leerlingen de kans om hun potentieel te ontdekken en te ontwikkelen, naast het opdoen van essentiële vaardigheden voor het vervolgonderwijs en het leven daarbuiten.Het curriculum omvat alle kerndoelen, inclusief taal en rekenen, die zijn opgenomen in een doordachte online cursusomgeving. Hierdoor kunnen kinderen de lessen op een gepersonaliseerde manier volgen. Deze cursussen zijn in lijn met de leerdoelen van de IEP-volgtoetsen en hebben een systematische structuur die leidt naar de referentieniveaus.
Engelse taalvaardigheid wordt aangeboden via de gepersonaliseerde Holmwoods-methode.
Daarnaast worden de overige kerndoelen verwerkt in levenslessen en IPC-thema's, die verschillende vakgebieden bestrijken zoals aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, techniek, mens en samenleving, en internationale betrekkingen. Er wordt aanzienlijke waarde gehecht aan persoonlijke ontwikkelingsdoelen, die vaak worden gekoppeld aan thematische studies. -
OP2 → Zicht op ontwikkeling en begeleiding
De school volgt de ontwikkeling van de leerlingen en biedt waar nodig passende begeleiding en extra ondersteuning.
BasiskwaliteitDe school verzamelt vanaf binnenkomst systematisch informatie over de kennis en vaardigheden van leerlingen op alle voor het onderwijs belangrijke domeinen. Het verzamelen van (toets)informatie gebeurt systematisch en zorgvuldig en voor de kennisgebieden taal en rekenen/wiskunde met behulp van genormeerde toetsen. Voor het verzamelen en vastleggen van (toets)informatie gebruikt de school een leerling- en onderwijsvolgsysteem. De school vergelijkt de informatie met de verwachte ontwikkeling van de leerling, waarbij voor taal en rekenen in ieder geval de referentieniveaus taal en rekenen als uitgangspunt gelden. Dit maakt het mogelijk om het onderwijs af te stemmen op de onderwijsbehoeften van zowel groepen als individuele leerlingen. Het stelt de school in staat zorg te dragen voor de ontwikkeling en begeleiding van de leerling. De school heeft daarbij hoge verwachtingen van leerlingen. De school waarborgt daarmee voor leerlingen de ononderbroken ontwikkeling en voortgang daarin en heeft daarbij oog voor de bevordering van gelijke kansen. De school informeert ouders regelmatig over de ontwikkeling en vorderingen van hun kind.
Mogelijke vragen
Wanneer individuele of groepen leerlingen niet genoeg lijken te profiteren van het onderwijs, analyseert de school waar de ontwikkeling stagneert en wat mogelijke verklaringen hiervoor zijn. Vervolgens bepaalt zij wat er nodig is om op eventuele achterstanden of voorsprongen in de ontwikkeling van leerlingen in te spelen. De school biedt de begeleiding vervolgens gestructureerd aan. Waar nodig betrekt de school het samenwerkingsverband, de gemeente en zorginstanties bij de begeleiding van de leerlingen. De leerlingen krijgen daarmee de begeleiding die zij nodig hebben om het onderwijsprogramma beter te kunnen doorlopen. De school besteedt op een structurele en herkenbare manier aandacht aan het bestrijden van (taal)achterstanden.
De school heeft in het schoolondersteuningsprofiel vastgelegd wat zij onder extra ondersteuning verstaat en welke voorzieningen de school kan bieden. Voor de leerlingen die deze extra ondersteuning nodig hebben, legt de school in het ontwikkelingsperspectief vast hoe zij het onderwijs afstemt op de behoefte van de leerling en registreert het ontwikkelingsperspectief in het ROD. De school voert de geplande ondersteuning uit. De inhoud en uitvoering van dit plan wordt minimaal eenmaal per schooljaar met de ouders geëvalueerd. De school vervult de zorgplicht passend onderwijs. Wanneer de school de extra ondersteuning voor een leerling niet kan bieden, zoekt de school in samenwerking met ouders en zo nodig het samenwerkingsverband een passende onderwijsplek.- Welke informatie verzamelen wij systematisch over de kennis en vaardigheden van de leerlingen?
- Welke genormeerde toetsinformatie verzamelen wij van onze leerlingen?
- Welke systemen gebruiken wij om systematisch informatie mee te verzamelen?
- Hoe vergelijken we de resultaten van onze leerlingen met de te verwachten ontwikkeling?
- Hoe regelmatig informeren wij ouders met welke informatie over de leerlingen?
- Welke informatie beoordelen we om leerlingvoortgang te begrijpen, te analyseren en bij te sturen?
- Hoe constateren wij achterstanden/voorsprongen en hoe spelen wij hier op in?
- Bieden wij gestructureerde begeleiding aan bij ontwikkelplannen en -trajecten?
- Welke andere partijen kunnen wij betrekken bij het begeleiden van leerlingen?
- Welke voorzieningen staan er in ons schoolondersteuningsprofiel die wij kunnen bieden?
- Wat leggen wij allemaal vast voor leerlingen met extra ondersteuning in het ROD?
- Hoe leggen wij middels het ontwikkelperspectief vast hoe wij onderwijs afstemmen op leerlingen met extra ondersteuning?
- Wat en met welke regelmaat overleggen wij met de ouders van leerlingen met extra ondersteuning?
- Hoe vervullen wij de zorgplicht passend onderwijs?
Dagelijkse updates worden gemaakt voor alle check-ins, oefenchecks, en check-outs, en eventuele aandachtspunten die hieruit voortkomen, worden gerapporteerd aan het personeel. Na het volledig opnemen van een hoeveelheid leerstof, volgt er een IEP-volgtest. Deze test wordt geanalyseerd en op basis van deze informatie worden periodiek kindplannen opgesteld. Bovendien worden observaties uitgevoerd en minstens twee keer per jaar geregistreerd in ontwikkelingsverslagen. Daarnaast wordt er jaarlijks een sociaal onderzoek uitgevoerd en worden er enquêtes gehouden onder klanten, kinderen en personeel.
We maken gebruik van een speciaal door ons ontworpen LVS systeem en verwerken vertrouwelijke zorggesprekken in ons HaiHo systeem. Dit is ook het systeem waarin we aanwezigheid en registratie bijhouden. Elke dag worden de kinderen aangemeld, of indien nodig afgemeld, door de verantwoordelijke medewerkers van die dag. Externe hulp en onderzoeken worden ter informatie toegevoegd aan HaiHo. Bovendien worden alle dagverslagen - de dagelijkse updates van gebeurtenissen - ook bijgehouden via dit systeem. Het is het platform waarop we de planning voor de kinderen opstellen en hun dossiers bijhouden in zowel onze kinderopvang als buitenschoolse opvang. Op deze manier kunnen we als Integraal Kindcentrum (IKC) vanuit één centraal systeem opereren.
We zullen de resultaten vergelijken met onze verwachtingen door deze verwachtingen expliciet in een kindplan op te nemen en het evaluatieproces nauwgezet toe te passen via het plan-do-check-act model. Naarmate de einddatum dichterbij komt, en de volgende IEP toetsresultaten beschikbaar zijn, zal er een evaluatie plaatsvinden om te bekijken of de voornamelijk gestelde doelen zijn bereikt. Eventuele afwijkingen van de verwachtingen zullen geanalyseerd worden om mogelijke verklaringen te vinden voor het niet behalen van gestelde doel of verwachtingen. Op basis van deze voortschrijdende inzichten zal een nieuw kindplan met nieuwe doelen worden opgezet. Zo zal er constant in een verbetercyclus gewerkt worden.
Ons basispakket bevat een breed scala aan ontwikkelingsroutes. Voor elk kind stellen we een aangepast plan op, gebaseerd op geëvalueerde analyses, om te bepalen of we boven of onder de verwachtingen presteren. Na het onderzoeken van mogelijke verklaringen, intensiveren, compenseren of dispenserend we het programma, afhankelijk van de bevindingen. We maken hier gebruik van verschillende expertises binnen ons team. We hebben medewerkers die expert zijn in hoogbegaafdheid, remedial teacher en 2 kernvisie coaches. We bieden ook een intensiever programma voor kinderen met ernstige taal- of rekenproblemen, in samenwerking met ouders.
In ons team zitten 2 kernvisie coaches, een, die deze trajecten zal begeleiden en evalueren. Mocht het blijken dat onze interventies onvoldoende groei of onbevredigende resultaten opleveren, of mocht er sprake zijn van gedragsproblemen of leerstoornissen die de groei in de weg staan, dan wordt dit besproken met onze jeugdondersteuner op school, de JOSSER. Ze is een gedragswetenschapper, lid van het aanmeldteam bij het Jeugd Expertise Punt in Veendam, en kan zowel diagnoses opstellen als bepalen welke extra hulp nodig is in de school of het gezin.
Bovendien bieden we extra ondersteuningsmogelijkheden voor persoonlijke ontwikkeling door middel van het Fides-programma. Fides, dat 'vertrouwen' betekent, helpt kinderen te begrijpen hoe zelfvertrouwen werkt door middel van symbolen. Na de zomervakantie bieden we onze medewerkers ook weer trainingen en updates in het Fides-programma.De belangrijkste organisaties waarmee we in eerste instantie contact opnemen, mochten er zorgen zijn, zijn schoolmaatschappelijk werkers, de jeugdondersteuner op school, het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs 20.01 en het Jeugdexpertise Punt (JEP). Dit netwerk is voor ons zeer toegankelijk met duidelijke en directe communicatielijnen. Bovendien is de jeugdondersteuner op school elke maandag bij ons op locatie aanwezig.
We leveren omvangrijke basissteun omdat we werken op basis van personalisatie. Als een kind onder de norm presteert en we ons zorgen maken over zijn of haar ontwikkeling, zullen we het programma intensiveren, compenseren of ontheffing verlenen. Elk kind heeft een persoonlijk ontwikkelingsplan. Bij een vermoeden van dyslexie of dyscalculie toetsen we de kinderen vaker en passen we de Kernvisie-methode toe onder begeleiding van onze Kernvisie-coach. Dit traject wordt gerealiseerd in samenwerking met de ouders. Tijdens dit traject wordt de voortgang van het kind op verschillende momenten - aan het begin, in het midden en aan het einde - geëvalueerd. Als de voortgang onvoldoende is, zullen we via onze jeugdondersteuner op school externe hulp inschakelen.
Gedragsproblemen worden periodiek besproken in zorgoverleggen per bouw - hier worden zorgen gedeeld en op basis hiervan worden trainingsplannen en vooruitgangsplannen ontwikkeld. Als deze aanpak onvoldoende resultaat oplevert, zal onze jeugdondersteuner op school dit aanpakken. Hierbij wordt gekeken naar externe hulp of, in meer extreme gevallen, of onze school nog steeds de beste omgeving is voor het kind. Uit ervaring blijkt dat als er geen duidelijke afspraken met het kind kunnen worden gemaakt, dan zijn we vaak handelingsverlegen en moet er mogelijk een andere setting worden overwogen. Het betreffende kind vraagt dan voortdurend om uitzonderingen maar is zoals blijkt vaak niet in staat deze na te leven. Deze situatie wordt altijd aangepakt met de hulp en het advies van onze interne begeleider, zorgcoördinator en jeugdondersteuner op school.Momenteel gebruiken we het Register Onderwijsondersteuning op Maat (ROD) alleen voor het inschrijven van nieuwe leerlingen bij ons op school, en we doen dit via het programma Esis. Ons primaire documentatiesysteem is HaiHo, gecombineerd met ons zelf ontwikkelde Leerling Volgsysteem (LVS).
Dit LVS stelt ons in staat om de voortgang van onze leerlingen nauwkeurig bij te houden. Medewerkers van de midden en bovenbouw worden dagelijks gewezen op mogelijke risicogebieden waar leerlingen hulp kunnen gebruiken. In dit systeem stellen we alle kindplannen op een systematische manier op en evalueren we ze. Hierbij volgen we een 'Plan, Do, Check, Act' cyclus.
In het komende jaar gaan we onderzoeken of er bepaalde aspecten zijn die we in het ROD kunnen implementeren. Daarnaast is de leverancier van HaiHo bezig met het ontwikkelen van een koppeling met DUO. We hebben dus nog geen definitief besluit genomen over welk administratiesysteem we uiteindelijk zullen kiezen.Elk kind krijgt bij ons een persoonlijk ontwikkelingsplan. Voor elke leerling stellen we meetbare doelen vast voor de basisvaardigheden. We koppelen een tijdspanne en een einddatum aan elke doelstelling. In het geval dat de doelen niet bereikt zijn of er zorgpunten zijn, starten we een onderzoek om mogelijke verklaringen te vinden. Kinderen die hun doelen niet bereiken, worden periodiek besproken in het zorgoverleg van de betreffende afdeling. Hierbij zijn de zorgcoördinator (Anne) en de interne begeleider (Daniella) aanwezig. Voor kinderen die moeite hebben de gestelde doelen te bereiken, wordt het plan gezamenlijk opgesteld, terwijl de verantwoordelijke leerkracht dit zelf doet voor de overige kinderen.
We volgen de volgende stappen: We controleren eerst of er sprake is van boven- of ondergemiddelde groei en of de leerling daarmee boven of onder de norm presteert. Onze norm stelt dat we rekening houden met één ontwikkelingsstap per half jaar (-1). Als je halverwege groep 4 zit, zou je dus stap 3-1= 2 voltooid moeten hebben. Aan het einde van groep 6 zou stap 8-1=7 voltooid moeten zijn. Dit zijn potentiële risicoleerlingen met een lagere eindexpectatie. We proberen altijd om deze leerlingen vroeg te signaleren en een passend plan te ontwikkelen. Hier moet men de potentie die men in een kind ziet in overweging nemen. Als kinderen hoger scoren, maar je vermoedt dat ze nog meer capaciteiten hebben, ligt de verantwoordelijkheid om hen meer uitdagingen te bieden. Dergelijke kinderen zullen, bij hoge IEP-scores, verder getoetst moeten worden en kunnen dan mogelijk bepaalde stappen overslaan of versnellen.
Vervolgens denken we na over mogelijke verklaringen waarom bepaalde zaken niet voortgang vinden, stellen we meetbare doelen op en bedenken we strategieën die kunnen worden geïmplementeerd. Als er zorgen zijn dat bepaalde doelen niet worden bereikt en er vermoedens zijn van dyslexie, dyscalculie of een lage intelligentiequotiënt, passen we de kernvisie toe, houden we toezicht via het ontwikkelingsplan van het kind en maken we na evaluatie een volgende stap naar de jeugdondersteuner op school.
Voor kinderen met gedragsproblemen worden zo snel mogelijk gesprekken gevoerd met de ouders en de jeugdondersteuner op school. Samen vullen we een 'dubbelcheck'-formulier in waarmee een maatwerkplan wordt ontwikkeld. Dit plan wordt periodiek geëvalueerd. Een individueel onderwijsplan (OPP) wordt alleen opgesteld wanneer een kind echt niet meer bij onze school past en we gezamenlijk tot de conclusie komen dat een andere omgeving beter voor de ontwikkeling van het kind zou zijn. In dit proces betrekken we ook het samenwerkingsverband om te helpen zoeken naar een passende omgeving.Bij aanvang van het schooljaar vindt er in alle bouwen een informatieavond plaats. Bij overgang naar een andere bouw, organiseren we altijd kennismakingsgesprekken met de kinderen. We plannen ook tweemaal per jaar doelbewust een ontwikkelingsgesprek met zowel de ouders als het kind. In dit proces is er altijd ruimte voor de mogelijkheid dat ouders ook een gesprek willen zonder aanwezigheid van het kind. Voor de onderbouw kiezen we specifiek om één keer een gesprek te hebben met het kind en één keer zonder het kind.
Bovendien proberen we ouders zo actief mogelijk te betrekken bij schoolfeesten en evenementen. Zowel ouders als medewerkers kunnen altijd een tussentijds gesprek aanvragen als hieraan behoefte is.
Als er een kernvisietraject of een ander zorgtraject wordt gestart, wordt het contact tijdelijk intensiever en is er een intensieve samenwerking tussen school en ouders nodig ten gunste van het kind. -
OP3 → Pedagogisch-didactisch handelen
Het pedagogisch-didactisch handelen van de leraren is afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen en draagt eraan bij dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen.
BasiskwaliteitDe leraren creëren in hun lessen een pedagogisch en didactisch passend en stimulerend leerklimaat, waardoor de leerlingen zich veilig voelen en actief betrokken zijn. De leraren tonen hoge verwachtingen van alle leerlingen. Zij zorgen voor een ordelijk verloop van de les en benutten de lestijd efficiënt. De leraren maken het lesdoel duidelijk. Zij monitoren tijdens de les of de leerlingen het beoogde lesdoel al dan niet halen en passen hun onderwijs waar nodig aan. De leraren leggen de lesstof duidelijk uit en geven de leerlingen voldoende tijd om te oefenen met de lesstof. Zij stemmen daarbij de instructie, de verwerking en het tempo van hun onderwijs af op de onderwijsbehoeften van individuele en groepen leerlingen. De leraren geven hun leerlingen gerichte feedback op hun gemaakte werk en op hun leerproces. Zij stimuleren de leerlingen na te denken over hun eigen ontwikkeling.
Mogelijke vragen- Hoe zorgen wij voor een pedagogisch passend leerklimaat?
- Hoe zorgen wij voor een didactisch passend leerklimaat?
- Hoe weten wij wanneer leerlingen zich veilig voelen?
- Hoe weten wij wanneer leerlingen zich actief betrokken voelen?
- Hoe en waarom tonen wij hoge verwachtingen richting onze leerlingen?
- Hoe zorgen wij ervoor dat we de beschikbare lestijd efficient inzetten?
- Hoe zorgen wij voor een ordelijk verloop van de lessen?
- Hoe en met welke regelmaat maken wij les/leerdoelen duidelijk?
- Hoe monitoren wij tijdens de lessen of leerlingen voortgang kunnen boeken en hoe passen wij ons onderwijs aan?
- Hoe leggen wij de lesstof uit en hoeveel tijd geven we onze leerlingen om te oefenen?
- Hoe stemmen wij de instructie, verwerking en het tempo of op de behoeften van onze leerlingen?
- Hoe geven wij de leerlingen feedback op hun gemaakte werk en het leerproces? Tijdens werkmomenten observeren we vaak de voortgang van de leerlingen door middel van rondes. Hierbij geven we direct feedback op hun werk en moedigen we hen aan om, indien nodig, hulp te vragen aan de hulptafel. Als het gaat om algemene houding of hinderlijke gedragingen in de klas, geven we feedback aan de hele groep. Dit wordt vaak geïntegreerd in onze levensles-discussies.
- Hoe stimuleren wij leerlingen na te denken over hun eigen ontwikkeling?
In het afgelopen jaar hebben we als team een aanzienlijke verbetering weten te realiseren door de training 'Regie in de Klas' in een essentieel aspect van het pedagogische klimaat. We hebben duidelijke en haalbare regels opgesteld om voorspelbaarheid en duidelijke verwachtingen te creëren. Binnen deze verwachtingen en kaders hebben we de flexibiliteit om tegemoet te komen aan de individuele leerbehoeften, tempo en stijl van elk kind.
Communicatie en respect staan centraal in onze benadering. We oordelen niet, maar observeren de gedragingen en behoeften van leerlingen. Dit stelt ons in staat om binnen de gestelde kaders met nieuwsgierigheid te reageren en naar onze leerlingen te kijken. Hierbij maken wij gebruik van de Fides taal, een methodiek die ons helpt om kinderen inzicht te geven en ze eigenaar te maken van hun gevoel van veiligheid en om hun weerbaarheid te vergroten.
Daarnaast hebben we een dynamisch overlegstructuur ontwikkeld waarbij we van vakantie tot vakantie per bouw de op dat moment gevoelde spanningen behandelen. Deze spanningen kunnen als basis dienen voor voorstellen voor aanpassingen binnen de kaders. Schoolbrede kwesties en kaders komen aan de orde in teamoverleggen waarbij ze, afhankelijk van hun aard, kunnen resulteren in directe veranderingen of worden omgezet in projecten. Bij elk teamoverleg bespreken we vervolgens de voortgang van deze projecten, om iedereen betrokken en geïnformeerd te houden.Onze aanpak is gebaseerd op duidelijke leerdoelen die de basis vormen voor onze online reken- en taal cursussen en de IPC-methodiek die we hanteren. Deze leerdoelen zitten als rode draad verweven in onze aanpak en we proberen continu het leerdoel hoorbaar, zichtbaar en voelbaar te maken. Bij IPC hanteren we coöperatieve werkvormen tussen de lessen door om de betrokkenheid en motivatie hoog te houden.
Reflecteren neemt een cruciale plaats in ons leerproces; het bevat het potentieel voor immense groei en leeropbrengsten. Onze online cursussen stimuleren leerlingen om zelfstandig te werken en te leren hoe ze hun beslissingen kunnen evalueren, bijvoorbeeld wanneer ze wel of niet om hulp vragen.
Voor basisvaardigheden zoals taal, rekenen en Engels, werken leerlingen vanuit een weekplanning. Er is hierbij veel ruimte voor hen om zelf te plannen en hun energieniveau te balanceren met de taken die moeten worden uitgevoerd. Reflectie is hierbij een dagelijkse activiteit, en of het nu in groepen of individueel is, er is altijd iemand beschikbaar om extra uitleg of instructie te geven bij eventuele problemen of onbegrip.
Kinderen ontdekken dat het maken van fouten een leerervaring op zich is; het toont aan waar nog groeimogelijkheden liggen. Daarom beginnen we elke online cursus met een incheck, d.w.z., een kennisoogsttoets waarmee kinderen kunnen evalueren wat ze al kennen en waar de lacunes in hun kennis liggen. Als een kind tijdens deze incheck al boven de 80% scoort, wordt de cursus direct afgerond omdat de leerwinst dan beperkt zou zijn.
Tijdens onderzoeksprojecten werken leerlingen veel samen en reflecteren ze op hun proces, vooral als er moeilijke momenten zijn. Persoonlijke doelen die aan bod komen tijdens de levenslessen zijn relevante en betekenisvolle doelen voor de leerlingen op dat moment. We spelen constant in op situaties die zich voordoen, die bijdragen aan de samenwerkingsdynamiek en de uitvoering van het huidige onderzoeksthema of project.Beleidsverklaring:
In ons streven naar een optimale leeromgeving is het noodzakelijk dat alle medewerkers van onze school situaties en gedrag zonder vooroordelen of aannames benaderen. Als basisprincipe van ons onderwijsbeleid definiëren we duidelijke gedragsregels en houdingsnormen voor iedereen binnen de schoolgemeenschap. Daarbij voorzien we in heldere en voorspelbare gevolgen bij overtredingen.
Binnen dit kader worden situaties individueel beoordeeld. We streven er eerst naar om te begrijpen alvorens begrepen te willen worden. Indien een patroon van ongewenst gedrag ontstond, maken we een actieplan waarin de ontwikkeling van betere vaardigheden of gebruik van hulpmiddelen centraal staan. Het doel is de veiligheid en harmonie in de klas te allen tijde te waarborgen.
Om de sociale omgeving te monitoren en de behoefte aan eventuele interventies vast te stellen, nemen we jaarlijks vóór 30 april een sociale monitor af bij de hogere leerjaren met behulp van het Vensters instrument. Daarnaast voeren we tevredenheidsonderzoeken uit bij de ouders en houden we periodieke overleggen waarbij mogelijke issues op het gebied van veiligheid besproken kunnen worden.
Onze interne vertrouwenspersoon, Anne, staat altijd open voor gesprekken bij eventuele zorgen. Mochten deze gesprekken niet tot een bevredigende oplossing leiden, dan staat onze externe vertrouwenspersoon bij Cedin ook klaar om te helpen.
Bij het constateren van onveiligheid, verrichten we diepgaand onderzoek om oorzaken te achterhalen. Vervolgens stellen we doelen en strategieën vast voor de aanstaande periode. De voortgang hiervan evalueren we voortdurend volgens het Plan-Do-Check-Act model om de veiligheid en welzijn van onze leerlingen continu te optimaliseren.
Daarnaast onderzoeken we momenteel, via een leer-gemeenschap project, hoe we creatieve uiting van zelfvertrouwen mogelijk kunnen maken. We streven ernaar dit project tegen het einde van het schooljaar 2024/2025 te voltooien en de resultaten hiervan te integreren in ons reguliere onderwijsaanbod. Dit zal bijdragen aan ons voortdurende streven naar een inclusieve, veilige en stimulerende leeromgeving voor al onze leerlingen.We kunnen zien of kinderen actief betrokken zijn door hun gedrag en houding. Als ze moeite doen om gefocust te blijven op hun opdrachten en vragen stellen om hun begrip te verduidelijken, laat dit zien dat ze doelbewust zijn. Het zelf kunnen genereren van ideeën door met een onderwerp aan de slag te gaan, duidt ook op betrokkenheid.
Kinderen die regelmatig ontsnappen, zijn vaak niet betrokken. Dit herkennen we als een signaal om te onderzoeken wat er aan de hand zou kunnen zijn. Afleiding kan soms tijdelijk zijn vanwege moeilijkheden thuis of andere persoonlijke situaties. Een conflict, of het gevoel incompetent te zijn, kan echter ook aanleiding geven tot verminderde betrokkenheid. In dergelijke gevallen is het belangrijk om te begrijpen wat de wortel van het probleem is en hoe we de kinderen kunnen helpen zich weer betrokken te voelen.Het uiten van hoge verwachtingen speelt een cruciale rol bij het versterken van het zelfvertrouwen en de motivatie van de leerlingen. Als leerlingen zich ervan bewust zijn dat hun docenten vertrouwen hebben in hun succes, zijn ze meer geneigd om zich volledig in te zetten en hun potentieel te bereiken.
Daarnaast suggereren diverse onderzoeken dat wanneer docenten hoge verwachtingen koesteren, de prestaties van de leerlingen daadwerkelijk verbeteren. Dit is bekend als het 'self-fulfilling prophecy'-effect. Wanneer docenten de overtuiging hebben dat hun leerlingen succesvol kunnen zijn, vergroot dat de waarschijnlijkheid van daadwerkelijk succes.We implementeren uitgebreid technologie. Alle kinderen leren op hun eigen niveau. Omdat de controles digitaal worden uitgevoerd, hebben we een constante feedbackbron en inzicht in waar hulp nodig is. Dit is niet afhankelijk van of een kind hulp vraagt of niet. Het systeem geeft signalen waardoor we identificeren waar hulp vereist is. Voor de bovenbouw zijn we ook een bot aan het testen die kinderen helpt bij het ontdekken van de juiste strategie. We gebruiken hierbij kunstmatige intelligentie. Kinderen leren op deze manier vragen op de juiste manier te stellen, zodat ze sneller geholpen kunnen worden bij het behalen van hun doelen. De bot geeft het antwoord niet, maar helpt hen om zelf het juiste antwoord te vinden. Vanaf het volgende schooljaar zullen deze functies in alle taal- en rekenlessen van stappen 5 t/m 10 zijn ingebouwd. Kinderen worden meer eigenaar van hun eigen leerproces en hoeven niet meer te wachten om hulp te krijgen. Als dit onvoldoende is, of als we signalen uit ons systeem ontvangen, krijgt een kind tijdige directe feedback en instructie. Alle taal- en rekenlessen bevatten digitale instructies en uitleg/strategiekaarten. Hierdoor kunnen we ervoor zorgen dat iedereen op zijn eigen niveau en moment zich verder kan ontwikkelen. Daarnaast hebben we het afgelopen jaar intensief gewerkt aan de training "Regie in de klas" om overgangsmomenten, verplaatsingen door het gebouw, manier van aandacht vragen en het proces van het starten van de dag, duidelijk en voorspelbaar te maken wat betreft gedrags- en houdingskaders. Hierdoor hebben we veel minder tijd hieraan besteed, wat zorgt voor meer effectieve leertijd.
Een gestroomlijnd verloop van de lessen wordt mogelijk gemaakt door een goede planning en voorbereiding van de omgeving. We volgen een duidelijk, routinematig dagritme, waarbij het duidelijk is wanneer het tijd is voor werk en wanneer er andere geplande activiteiten en onderzoeksperioden zijn. Dit biedt een voorspelbaar en begrijpelijk schema.
Daarnaast opereren we altijd vanuit een kindplan en een weekplanning specifiek voor ieder kind. In de onderbouw wordt de planning door de medewerkers uitgevoerd, in de middenbouw wordt het op papier gedaan en in de bovenbouw is het een digitaal proces.
Voorafgaand aan de start van de dag en de verschillende momenten wordt er zorgvuldig nagedacht over de benodigde materialen en items. De benodigdheden liggen op vaste plaatsen en de laden zijn gelabeld om kinderen zoveel mogelijk zelfstandigheid te geven in het organiseren hiervan.
Ook is het essentieel om duidelijk te hebben wat de regels en afspraken zijn tijdens het werken of verblijven in bepaalde omgevingen. Dit zorgt voor een vlotte en ongestoorde werking van de lessen.Les- en leerdoelen worden duidelijk gemaakt aan de start van elke online cursus, met behulp van instructievideo's, uitlegkaarten en specifieke leerdoelen. Dit zorgt voor een gestandaardiseerd formaat dat een geordende en samenhangende benadering van leren ondersteunt.
Tijdens het leren zelf spelen check-ins een grote rol. Met behulp van deze reguliere gesprekken wordt de voortgang van elke leerling in real-time beoordeeld. De frequentie hiervan hangt af van de individuele behoeften van de leerling, maar ze vinden op regelmatige basis plaats om te verzekeren dat de leerdoelen nog steeds passend zijn voor het niveau van de leerling.
Daarnaast wordt duidelijke, doelgerichte feedback gegeven aan de leerlingen die direct verbonden is aan hun individuele leerdoelen. Dit maakt deel uit van het continue leerproces en biedt een mogelijkheid om leerdoelen te verduidelijken of te herzien indien nodig.
Tot slot worden ouders actief betrokken bij het leerproces. Ze worden minimaal 2 keer per geïnformeerd over de voortgang van hun kinderen, wat eveneens een kans is om de leerdoelen te verhelderen en aan te passen indien nodig.We volgen de vooruitgang van leerlingen tijdens de werkmomenten nauwlettend door middel van continue checks. Iedere cursus vangt aan met een 'check in' die ons een initiële inzage geeft in de vaardigheden en het begrip van de leerlingen. Dit proces wordt afgesloten met een 'check out', waarvan we verwachten dat leerlingen deze met minimaal 80% behalen.
Leerlingen krijgen pas toegang tot het volgende onderdeel van de cursus als ze kunnen aantonen dat ze het huidige onderdeel voldoende beheersen, wat ze bewijzen door een minimale score van 80% te behalen. Dankzij deze methodiek kunnen we de vakkennis en de vaardigheden van iedere leerling voortdurend beoordelen en opvolgen.
Daarnaast stellen we onze cursus bij op basis van onze observaties tijdens de lessen. Onze docenten houden de leerlingen actief in de gaten en zoeken naar manieren om hun motivatie en betrokkenheid tijdens de cursus te verhogen. Iedere leerling krijgt individuele begeleiding, wat zorgt voor een cursus die is aangepast aan de unieke behoeften en het tempo van elke leerling. Dankzij onze constante checks en responsieve aanpassingen kunnen we iedere leerling ondersteunen en zorgen voor een optimale leerervaring.De lesstof wordt door leerlingen zelf opgestart met behulp van onze cursus materialen. In de cursus introduceren we de stof door middel van instructievideo's die de leerlingen aandachtig moeten bekijken, en maken ze aantekeningen tijdens ons leerproces. Cruciale informatie en strategieën worden ook gepresenteerd via uitleg- en strategiekaarten.
Na de uitleg krijgen de leerlingen werkbladen om de stof zelfstandig te verwerken. Deze momenten van individuele oefening zijn essentieel voor het absorberen en toepassen van de geleerde concepten en vaardigheden. In deze fase kunnen we ook hun voortgang controleren om te zien of ze de cursusinhoud correct hebben begrepen.
Als we vaststellen dat een leerling moeite heeft met de verwerking of een specifieke taak, zijn we beschikbaar om extra instructie te geven en een discussie op te starten, hetzij in groepsverband of individueel. We nemen ook de tijd om vragen te beantwoorden en aanvullende begeleiding te geven wanneer dat nodig is.
Voor een taal- of rekenmodule rekenen we op een investering van ongeveer 4-5 uur per week. Deze tijd is inclusief het controleren van hun begrip en vooruitgang door middel van een digitale oefencheck. De cursus wordt uiteindelijk afgesloten met een 'check-out' om het niveau van begrip en behaalde vooruitgang van de cursus te meten.
Zo zorgen we ervoor dat leerlingen de kans krijgen om hun leerstrategieën te ontdekken en te experimenteren met wat hen kan helpen om de volgende keer beter te presteren. We verstrekken ruim de tijd om de stof te verwerken en verzekeren voortdurende ondersteuning tijdens deze momenten.Iedereen krijgt de kans om op zijn of haar eigen tempo te werken, en dit wordt ondersteund door het gebruik van responsieve instructie. We passen onze instructies aan op basis van de voortgang in elk cursusvak en besteden aandacht aan de verwerking van informatie en de betrokkenheid die in de klas waarneembaar is. Bijkomende instructies geven we definitief pas na deze observaties.
Daarnaast creëren we een bot op basis van kunstmatige intelligentie die geprogrammeerd is door ons technisch team. Deze bot wordt een integraal onderdeel van elke cursus. We hebben al een pilot gedraaid met rekenen, waarbij de bot succesvol was in het helpen van bovenbouwleerlingen om effectieve rekenstrategieën te ontdekken en toe te passen.
We gaan door met het verbeteren en ontwikkelen van deze AI-assistent om op de meest effectieve manier leerlingen in de bovenbouw te ondersteunen met hun onderwijsbehoeften en zo een gepersonaliseerde onderwijservaring te bieden.
We maken ook veel gebruik van samenwerkend leren, waarin kinderen de gelegenheid krijgen om van elkaar te leren en elkaar feedback te geven. Vanaf de middenbouw maken leerlingen vaak digitaal hun werk, waardoor ze directe feedback krijgen over welke vragen ze fout hebben beantwoord. Hierdoor hebben ze de kans om deze vragen te onderzoeken en te begrijpen waar ze in de fout gegaan zijn.
Daarnaast voeren we vaak informele individuele gesprekken met de leerlingen over hun voortgang tijdens de rondes. In de bovenbouw stimuleren we kinderen om hun eigen werk na te kijken. We controleren ook welke kinderen dit effectief kunnen en doen, en hoe ze omgaan met hun fouten.
We starten elke cursus met een check-in om de kinderen te laten wennen aan het idee dat het maken van fouten normaal is en een kans biedt om te leren.Binnen een persoonlijk kindplan worden de bijbehorende taken verdeeld over de perioden, waarbij de grotere doelen worden opgesplitst in kleinere, hanteerbare weekdoelen die verspreid zijn over de weken. Deze weektaken zijn zichtbaar voor de studenten en er wordt dagelijks nagedacht over en gereflecteerd op de ontwikkelingen. Hierbij wordt geanalyseerd waarom bepaalde zaken goed gaan en waarom soms niet. Dit geeft de kinderen de gelegenheid om hun keuzes te overwegen. Tijdens het onderzoek zijn er vaak momenten waarop men door bij anderen te kijken inspiratie kan opdoen en feedback naar elkaar kan geven.
-
VS1 → Veiligheid
De school zorgt voor een veilige omgeving voor leerlingen.
BasiskwaliteitDe school zorgt voor de sociale, fysieke en psychische veiligheid van de leerlingen op school gedurende de schooldag. Een school is veilig als de sociale, fysieke en psychische veiligheid van leerlingen niet door handelingen van anderen wordt aangetast. Dit blijkt onder andere uit de beleving van de veiligheid en het welbevinden van de leerlingen op school. De school monitort dit ten minste jaarlijks met een gestandaardiseerd instrument.
Mogelijke vragen
De school heeft een veiligheidsbeleid beschreven dat bestaat uit een samenhangende set van maatregelen. Het beleid is gericht op het voorkomen, afhandelen, registreren en evalueren van incidenten, en de school voert dat beleid ook uit. Als de uitkomsten van de monitoring daartoe aanleiding geven, treft de school maatregelen om de situatie te verbeteren. De school voorkomt, zoveel als mogelijk, (digitaal) pesten, agressie en geweld in elke vorm en treedt zo nodig snel en adequaat op. Dat geldt ook bij uitingen die strijdig zijn met basiswaarden van de democratische rechtsstaat, zoals discriminatie en onverdraagzaamheid. De school heeft een persoon aangesteld die voor ouders en leerlingen het aanspreekpunt is in geval van pesten en die het beleid tegen pesten coördineert.
De school hanteert de meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling. Daarnaast komt de school de verplichtingen na rond het melden, overleggen en aangifte doen van zedenmisdrijven.- Wat is de set aan maatregelen om de veiligheid te bevorderen?
- Waar is het veiligheidsbeleid te vinden?
- Waar is de registratie van incidenten te vinden?
- Wat doen we tegen pesten, aggressie en geweld op school? - Opstellen van een anti-pest protocol
- Wie is de persoon die geld als aanspreekpunt?
Meerdere onderdelen vormen ons veiligheidsbeleid:
- Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld
- Met plezier naar school (anti-pestprotocol)
- RI&E (risico inventarisatie en evaluatie)In de drive. Alle documenten zijn ook met jullie gedeeld via de mail. Jaarlijks moeten deze documenten gereviseerd en opnieuw onder de aandacht gebracht worden.
Er zijn twee soorten incidenten. Ongelukjes of gevaarlijke situaties met kinderen (vaak op fysiek vlak) en gog-incidenten. De eerste soort registreren we in Kiekboe: de ongevallenregistratie. Denk bijvoorbeeld aan een kind dat struikelt door een kapotte drempel en daardoor een tand door de lip heeft. Door dit soort ongelukjes te melden kunnen we met elkaar bepalen wat te doen om deze situatie te voorkomen (zoals het repareren van de drempel). Dan hebben we nog een extra registratie in de gog-onderwijs. Dit zijn specifieke grensoverschrijdende situaties tussen kinderen onderling of kind-leerkracht. We bepalen of we spreken van een incident (eenmalig) een een patroon (na ongeveer 3 meldingen).
- Aanstellen van de juiste personen met de juiste taken en verantwoordelijkheden (zie laatste vraag)
- Aandacht in de klassen: groepsregels, Fides, levenslessen. Hoe gaan wij om met elkaar? Evalueren met de kinderen op situaties die voorgedaan hebben: betekenisvol leren.
- Aandacht gedurende het jaar: gouden weken, week tegen pesten etc.
- Extra aandacht bovenbouw: jaarlijkse vragenlijst m.b.t. veiligheid en welbevinden
- Opvolgen van incidenten: bespreekbaar maken en evalueren (in bouwvergaderingen, middels gog meldingen).
- Ons eigen handelen trainen, verbeteren en verdiepen: middels o.a. Regie in de klas (en in de school), ‘zo doen wij het hier’.Er zijn verschillende rollen en taken binnen het veiligheidsbeleid. In onderstaande schema zie je wie binnen Hoi Pippeloi verbonden is aan welke rol of taak.
Rol → Mentor kind
Wie → Leerkrachten
Contactgegevens → Op te vragen via info@hoipippeloi.nl
Verantwoordelijkheden → Eerste aanspreekpunt ouders en kinderen
Rol → Interne vertrouwenspersoon en aanspreekpunt pesten
Wie → Anne Vredeveld
Contactgegevens → anne@hoipippeloi.nl
Verantwoordelijkheden → Aanspreekpunt voor sociale veiligheid (inclusief meldingen van pesten), klachten en grensoverschrijdend gedrag
Rol → Externe vertrouwenspersoon
Wie → Contactpersoon Cedin: Klaar Zegers
Contactgegevens → Een bericht via 06-51399499 of een email via klaar@partnersinvertrouwen.com
Verantwoordelijkheden → Aanspreekpunt voor sociale veiligheid, klachten en grensoverschrijdend gedrag voor medewerkers, ouders, leerlingen/kinderen
Rol → Anti-pestcoördinator
Wie → Anne Vredeveld
Contactgegevens → anne@hoipippeloi.nl
Verantwoordelijkheden → Coördineren van beleid in de school
Rol → Aandachtsfunctionaris
Wie → Anne Vredeveld
Contactgegevens → anne@hoipippeloi.nl
Verantwoordelijkheden → Eerste aanspreekpunt zorgen of signalen meldcode en coördineren van beleid binnen Hoi Pippeloi -
OR1 → Resultaten
De school behaalt met haar leerlingen leerresultaten die ten minste in overeenstemming zijn met de gestelde norm.
BasiskwaliteitDe cognitieve eindresultaten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. Dit betekent dat de eindresultaten op de kernvakken Nederlandse taal en rekenen/wiskunde voldoen aan de gestelde norm.
Mogelijke vragen- Wat is de norm voor de te behalen leerresultaten?
- Hoe beoordelen wij leerresultaten nu en wat wordt er met deze informatie gedaan?
- Hoe regelmatig analyseren wij de leerresultaten en welke oplossingen hebben we bij afwijkingen?
Onze onderwijsaanpak is gestructureerd en uitgebreid: we hanteren specifieke cursussen voor taal en rekenen, terwijl we voor de overige leergebieden werken met het International Primary Curriculum (IPC). IPC omvat verschillende leergebieden zoals aardrijkskunde, geschiedenis, ICT, techniek, natuur, mens en samenleving, en internationaal perspectief.
Bovenop het versterken van basiskennis en -vaardigheden in taal, rekenen en kennis van de wereld, leggen we ook nadruk op persoonlijke ontwikkelingsdoelen. Hierdoor wordt burgerschapsvorming een voortdurend, in de klas zichtbaar, hoorbaar en voelbaar proces.
Met ambitieuze, maar haalbare doelen voor de komende jaren, streven we ernaar dat 45% van onze leerlingen het 2F/1S niveau bereikt en 85% bereikt minimaal het 1F niveau. Voor de overige leerlingen, met elk hun unieke leerprofiel, streven we ernaar om hen zo dicht mogelijk bij het 1F niveau te laten presteren.
Terwijl we erkennen dat dit momenteel een uitdaging is, gezien alle huidige leerlingen van andere scholen zijn overgestapt vanwege uiteenlopende problemen, zijn we ervan overtuigd dat een langer begeleidingstraject en voortdurende monitoring ons in staat zullen stellen om tijdig specifieke behoeften te identificeren en effectieve ondersteuning te bieden.
Om onze vorderingen systematisch te meten en te vergelijken met landelijke normen, gebruiken we de IEP-volgtoetsen. Deze instrumenten helpen ons bij het in kaart brengen van de gebieden waar we onze leerlingen het meest effectief kunnen helpen.Ons Leerling Volg Systeem (LVS) genereert dagelijks aandachtspunten voor taal- en rekencursussen. Deze worden automatisch gecreëerd en proactief verzonden naar de medewerkers voor elke leerling, met daarin zaken zoals "Check-in 100% niet gehaald", "Oefencheck niet geslaagd", "Meer dan een week doen over een cursus", en "Check-out niet behaald".
De medewerkers zijn verantwoordelijk voor het opnemen van deze punten in hun dagelijkse takenlijst en het uiteenzetten van de vastgestelde problemen en waar extra hulp is gegeven. Elk kind heeft ook een individueel doel voor elke periode. Na voltooiing van een complete fase van leerstof, wordt er een bijpassende IEP-volgtoets afgenomen. De resultaten hiervan kunnen hoger of lager uitvallen dan verwacht, dit geeft aan of de student boven of onder de vooropgestelde norm presteert.
Deze resultaten worden geanalyseerd, mogelijke verklaringen worden gezocht en nieuwe periodieke doelen worden opgesteld. Indien nodig worden er strategieën geïntegreerd om deze doelen bereikbaar te maken. Deze strategieën worden vervolgens in de weekplannen van de leerlingen opgenomen.
Wat IPC en Burgerschap betreft, worden gedrag en vaardigheden voornamelijk beoordeeld door middel van waarneming en observatie. Er worden permanente verbanden gelegd met de bestaande kennis van de kinderen en er wordt nagedacht over het belang van bijvoorbeeld respect en samenwerking. Het is cruciaal dat deze elementen merkbaar zijn binnen de groepen. Kinderen worden ook vaak aangemoedigd om hun kennis en vaardigheden met elkaar te delen.
De doelen van Burgerschap omvatten thema's als democratie, maatschappelijke betrokkenheid en participatie, identiteit, diversiteit, mensenrechten, maatschappelijke uitdagingen, sociale en communicatieve vaardigheden, en kritisch en ethisch denken. Deze doelen worden onderwezen in verbondenheid met elkaar en kunnen variëren op basis van specifieke curriculumvereisten en de behoeften van de leerlingen.Als er afwijkingen worden vastgesteld in de leerresultaten, hebben we verschillende interventiestrategieën tot onze beschikking. We kunnen bijvoorbeeld kiezen voor intensivering, wat inhoudt dat we extra onderwijstijd of aanvullende instructies geven.
Een andere aanpak kan compensatie zijn, waarbij we ervoor kiezen om de lesstof tijdelijk te vereenvoudigen of op een andere manier aan te bieden om tegemoet te komen aan de specifieke behoeften van de leerling.
Ouderbetrokkenheid is een belangrijke factor, vooral als we het Kernvisie-traject inzetten. Bij dit traject is de actieve betrokkenheid van de ouders een essentiële voorwaarde. Er kan soms worden overwogen om gericht huiswerk mee te geven als extra ondersteuning.
Als ondanks deze interventies de resultaten of vooruitgang nog steeds niet aan de verwachtingen voldoen, dan gaan we op zoek naar externe hulpmiddelen en interventies. Dit alles doen we om ervoor te zorgen dat elke leerling de ondersteuning krijgt die hij of zij nodig heeft om succesvol te zijn. -
SKA1 → Visie, ambities en doelen
De school heeft een gedragen visie op goed onderwijs, heeft daarvoor ambities en doelen en stuurt op het behalen daarvan.
BasiskwaliteitDe school heeft, als onderdeel van het stelsel van kwaliteitszorg, een gedragen visie, ambities en doelen gericht op goed onderwijs die ervoor zorgen dat leerlingen een ononderbroken ontwikkeling kunnen doorlopen. De schoolleiding vertaalt haar visie, ambities en doelen in onderwijskundig beleid en stuurt daarop om de beoogde resultaten te behalen. De schoolleiding beschrijft op welke manier ze zorgt voor het realiseren, borgen en verbeteren van de onderwijskwaliteit en hoe ze de naleving van de wettelijke eisen realiseert, onder meer op het gebied van de basisvaardigheden taal, rekenen en burgerschap.
Mogelijke vragen
De schoolleiding sluit met haar visie, ambities en doelen aan op die van haar bestuur en op de kenmerken van de leerlingenpopulatie van de school. Dit doet zij onder meer door aan te geven hoe ze rekening houdt met (taal)achterstanden, de wettelijke opdracht tot bevordering van burgerschap en specifieke leerbehoeften om bij te dragen aan gelijke kansen voor alle leerlingen. Resultaten van eerdere evaluaties, interne en externe dialoog zijn zichtbaar in de doelen voor het onderwijskundig beleid.
De schoolleiding richt de voorwaarden in om de onderwijskundige ambities en doelen te bereiken, waaronder het personeelsbeleid en de organisatie van het onderwijs. Daarbij is de interne verantwoordelijkheidsverdeling duidelijk.- Is de visie bij alle medewerkers bekend?
- Waar kunnen we documentatie vinden over de visie, ambities en doelen?
- Zijn er rapporten waaruit blijkt waar we nu staan qua resultaten?
- Waar is de documentatie waarin beschreven wordt de staat van de onderwijskwaliteit?
- Hoe leven we de wettelijke eisen na t.a.v. de onderwijskwaliteit? De kernprincipes van Hoi Pippeloi zijn gericht op het continu verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs. Als school zijn we altijd in beweging, waarbij we onder druk nieuwe projecten lanceren en integreren. Dit is een voortdurend proces dat naadloos aansluit bij onze visie. Wij geloven sterk in het faciliteren van de unieke leerreis van elk kind naar succes en groei. Levenslang leren is hierbij een essentieel basisprincipe.
- Hoe bevorderen wij gelijke kansen voor alle leerlingen?
- Hoe is het personeelsbeleid ingericht t.a.v. de onderwijskundige ambities en doelen?
- Hoe ziet de interne verantwoordelijkheidsverdeling eruit?
Uiteraard is iedereen hiermee bekend. De wereld waarin wij leven is constant in beweging, waardoor het essentieel is dat onze kinderen adequaat toegerust zijn met de nodige kennis en vaardigheden om toekomstige uitdagingen aan te kunnen. Met de toenemende relevantie van technologie, die zowel voordelen als nadelen met zich meebrengt, willen we dat onze kinderen niet alleen deel uitmaken van deze wereld, maar ook actief bijdragen aan de toekomst.
Elke jonge persoon is uniek en moet de vrijheid hebben om zijn of haar pad naar geluk te kiezen. Daarom is het van cruciaal belang dat ons onderwijssysteem, en vooral onze eigen school, de handen ineen slaat met ouders en andere externe entiteiten om onze jongeren voor te bereiden op hun aanstaande rol in de maatschappij. We zijn vastbesloten om onze verantwoordelijkheid op te nemen en actief bij te dragen aan de creatie van de toekomst.
Door samenwerking zorgen we ervoor dat ons onderwijs relevant blijft en kinderen de benodigde kennis en vaardigheden bijbrengt om hen volledig voor te bereiden op het onbekende van morgen.Dit is te vinden op onze website, schoolplan en schoolgidsen. We spreken tijdens veel overleggen vanuit deze items met elkaar.
De eerste IEP-resultaten ontvangen en oudergesprekken voltooid. Initiële observaties en kindplannen zijn opgesteld. De jaarlijkse sociale monitoring in de bovenbouw staat voor april gepland. Daarnaast zijn er 'Regie in de Klas' flitsbezoeken geweest, en is er een tevredenheidsonderzoek onder ouders uitgevoerd. IEP volgresultaten zijn beoordeeld, alsmede de resultaten van wekelijkse checks van de aangeboden cursussen. Alle ontwikkelingsregistraties in het Leerlingvolgsysteem (LVS) met betrekking tot kinderen op het gebied van persoonlijke ontwikkeling, motorische ontwikkeling, taal, rekenen en aangeboden projecten zijn meegenomen. Een medewerkerstevredenheidsbeoordeling is ook gedaan. De inspectie-evaluatie, rekening houdend met al deze resultaten, is gepland.
Het driemaandelijks gemiddelde van de doorstroomtoets wordt bekend gemaakt via Scholen op de Kaart, zodra deze informatie beschikbaar is. Tijdens de oudergesprekken vinden besprekingen plaats over welke doelen behaald zijn en welke doelen we voor de toekomstige periode voor ogen hebben. Na de gesprekken met de ouders hebben we voor het eerst observaties en resultaten geanalyseerd, waarna we voor elk kind een individueel kindplan hebben gemaakt. In de middenbouw hebben we deze plannen al omgezet in wekelijkse schema's, die op papier in de planboekjes van de kinderen zijn opgenomen. Voor de bovenbouw worden deze plannen opgenomen in een digitale weektaak.
We werken met een constante verbeteringscyclus om kwaliteit, curriculumaanbod, veiligheid en het bereiken van meetbare resultaten te waarborgen. Van vakantie tot vakantie houden we in alle afdelingen overleg over veiligheid en welzijn, onderwijsaanbod en resultaten, en de vaardigheden en ontwikkeling van het team.
Om de 7 tot 9 weken plannen we drie overlegmomenten. De agenda voor deze bijeenkomsten wordt op een gestructureerde manier samengesteld op basis van de huidige behoeften en uitdagingen. Vaste agendapunten bij elk overleg zijn gegevens/informatie, updates over projecten en actiepunten vanuit vorige overleggen over geplande onderwerpen.
Dit constante proces neemt steeds vastere vormen aan binnen onze school, waarbij we voortdurend de kwaliteit van ons onderwijs verbeteren en aanpassen.Bij ons hebben leerlingen de mogelijkheid om instructies of uitleg op hun eigen manier en tempo te verwerken. Ze hebben de vrijheid om deze te herhalen wanneer ze daar behoefte aan hebben. Daarnaast kunnen ze nadenken over en bepalen wanneer het voor hen het beste werkt en ze het meest productief zijn. Wij bieden ruimte voor flexibiliteit om naar ieders behoefte te kunnen handelen.
Onze aanpak van gepersonaliseerd leren bevordert diversiteit en inclusiviteit op grote schaal. We kijken internationaal naar thema's vanuit een pedagogisch perspectief, zowel in de onderbouw (Early years) als in het International Primary Curriculum (IPC). Dit zorgt ervoor dat we zaken vanuit verschillende culturele standpunten en perspectieven kunnen benaderen.
Ouders zijn een essentieel onderdeel van dit proces. Ze worden betrokken bij projecten en we delen de voortgang en het leren van hun kinderen met hen. Deze betrokkenheid is cruciaal voor het bevorderen van gelijkheid.
In ons dagelijkse programma maken we tijd voor levenslessen. Dit bevordert het begrip van en respect voor elkaar, wat de basis vormt voor een gelijke behandeling. Op deze manier creëren we een gelijk speelveld voor alle kinderen in ons onderwijs.We beginnen met een uitgebreide wervings- en selectieprocedure. We hebben een abonnement genomen op een vacaturewebsite om zo een groter bereik te hebben. In de vacatures proberen we onze visie al goed duidelijk te maken zodat sollicitanten weten waar ze aan beginnen. Tijdens sollicitatiegesprekken worden kritische vragen gesteld over diverse onderwerpen, zoals hun visie op gepersonaliseerd onderwijs, mogelijke verbeterpunten in het onderwijs, hun kijk op kindergedrag en straffen en belonen, hun bereidheid om levenslang te leren, en hun vermogen om feedback te geven en te ontvangen.
We streven er altijd naar om nieuwe medewerkers een intensief inwerkprogramma aan te bieden. We hebben een online introductieprogramma ontwikkeld dat de basisprincipes van ons beleid uitlegt. In het eerste halfjaar fungeert de coördinator van de afdeling als buddy om de verantwoordelijkheden te delen en op elkaar af te stemmen. Periodiek is er overleg met jouw team over eventuele uitdagingen. Deze gesprekken zijn zeer gestructureerd om een goede feedbackcultuur binnen het team te bevorderen.
We beginnen altijd met een jaarcontract om te kijken of ons concept bij je past. Aan het eind van het jaar zullen er gesprekken met leidinggevenden plaatsvinden om te beslissen of contractverlenging gewenst is. Als een medewerker potentieel heeft, zullen de kwaliteitscoördinatoren het werk observeren en feedback geven. We geloven in continue groei voor alle medewerkers, dus ook de coördinatoren, leidinggevenden en directie kunnen feedback krijgen.
We waren van plan ons uitgebreide profiel voor pedagogisch medewerkers uit te breiden met een leerkrachtmodule, maar we geloven meer in het creëren van een feedbackcultuur. Je hebt zelf de regie over je eigen ontwikkeling binnen de kaders van periodieke spanningen en het ontwerpen van je persoonlijke verbeterplan.
Aan het einde van het jaar bespreken de coördinatoren met de directie welke opleidingen en trainingen nodig zijn om mogelijke werkstress te verlichten. Dit wordt vervolgens opgenomen in een jaarplan.
Bij extreme zorgsituaties of incidenten wordt er een gesprek gevoerd met de kwaliteitscoördinator en de directie. Er wordt dan gekeken naar een alternatief ontwikkelplan of stappenplan. Het is belangrijk om te benadrukken dat de aanpak van dergelijke situaties individueel is en dus per geval verschilt.Bestuurder/directie: Ze hebben de algehele leiding van de school, waaronder beleidsvorming, budgetbeheer, doelstellingen op schoolniveau en kwaliteit van het onderwijs. Ze kunnen bij dagelijkse activiteiten betrokken zijn.
Administratief personeel: Ze beheren een breed scala aan taken, waaronder leerlingendossiers, telefonische communicatie, aanwezigheidsregistraties, schoolfinanciën en ondersteuning van de directeur bij administratieve taken.
Leerkracht: Ze verzorgen lessen, begeleiden het leren van leerlingen, beoordelen het werk van leerlingen, dragen bij aan schoolbeleid en curriculumontwikkeling, en onderhouden relaties met ouders. Ze kunnen nauw samenwerken met collega's in andere rollen.
Ondersteunend personeel: Ze steunen de leerkrachten tijdens schooluren en werken in de buitenschoolse opvang, waar ze helpen bij activiteiten, de veiligheid van de kinderen waarborgen en bijdragen aan hun welzijn.
Zorgcoordinator (Anne): Ze ondersteunen zorggerelateerde gesprekken met ouders, fungeert als intern vertrouwenspersoon, coördineert anti-pestbeleid, en functioneert als aandachtsfunctionaris.
Intern Begeleider (Daniella): Ze ondersteunen leerlingen met speciale onderwijsbehoeften, werken nauw samen met leerkrachten bij het ontwikkelen van geschikte onderwijsstrategieën.
Taal / Rekenexpert:(Sharlina) Ze zijn gespecialiseerd in de kerndoelen en zorgen voor de integratie van SLO-doelen in het curriculum.
Bouwcoördinator Daniella, Sharlina en : Ze hebben de hoofdverantwoordelijkheid voor respectievelijk de onderbouw, en Mirjam middenbouw of bovenbouw. Ze spelen een cruciale rol bij het verwelkomen en inwerken van nieuwe medewerkers en zijn het eerste aanspreekpunt voor spanningen binnen hun bouw.
Medezeggenschapsraad (MR): Ze hebben instemmingsrecht en adviesrecht over bepaalde schoolbeslissingen en kunnen advies geven aan de directie over een verscheidenheid aan onderwerpen.
Raad van Toezicht: Ze houden toezicht op het beleid van de directie en de algemene gang van zaken in de school, geven advies en kunnen sommige beslissingen goedkeuren. -
SKA2 → Uitvoering en kwaliteitscultuur
De school realiseert de doelen voor goed onderwijs, bevordert een kwaliteitscultuur, zorgt voor randvoorwaarden en stuurt, waar nodig, tussentijds bij.
BasiskwaliteitDe school realiseert de doelen voor goed onderwijs, die voortkomen uit haar visie en ambities. De schoolleiding zorgt daartoe voor een professionele en veilige leer- en verbetercultuur in de school. Binnen deze kwaliteitscultuur geven schoolleiding en het (bevoegd) onderwijspersoneel samen uitvoering aan het stelsel van kwaliteitszorg, zodat de school als geheel gericht werkt aan het bereiken van de onderwijskundige doelen. Waar nodig stuurt de schoolleiding tussentijds bij.
Mogelijke vragen
De schoolleiding zorgt ervoor dat de deskundigheidsbevordering van het personeel binnen de gestelde doelen gestalte krijgt. Leraren(teams) oefenen daarbij de eigen verantwoordelijkheid bij het inrichten van hun onderwijs uit.
De schoolleiding toont in haar sturing onderwijskundig leiderschap en zorgt voor een gerichte inzet van middelen om gestelde doelen te realiseren, onder meer op het gebied van de basisvaardigheden taal, rekenen en burgerschap. De school geeft uitvoering aan het schoolondersteuningsprofiel. Zij werkt samen met andere scholen, het samenwerkingsverband en andere organisaties, zodat geen leerling tussen wal en schip valt.- Wat zijn de doelen voor goed onderwijs bij Hoi Pippeloi?
- Hoe zijn deze doelen gerelateerd aan de visie en ambities?
- Hoe zorgen we voor een professionele en veilige leer- en verbetercultuur in de school?
- Hoe voeren wij onze activiteiten uit met het oog op het stelsel van kwaliteitszorg?
- Hoe gaan wij te werk met de individuale onderdelen binnen het stelsel van kwaliteitszorg?
- Hoe geven wij uitvoering aan het schoolondersteuningsprofiel?
Ons doel is om een robuuste basis te bouwen voor onze leerlingen, waarbij ze leren om zelfstandig te functioneren. Dit omvat het aanleren van essentiële vaardigheden zoals taal en rekenen, en het opdoen van kennis over de wereld, evenals de persoonlijke ontwikkeling van elke leerling. We moedigen hen aan om kritische vragen te stellen en hun eigen doelen na te streven.
We streven ernaar om een leeromgeving te creëren waarin leerlingen, medewerkers en ouders kunnen groeien en bloeien. Hiervoor verzamelen we actief gegevens die bruikbare inzichten opleveren voor onze doorlopende groei en ontwikkeling.
In aanvulling hierop, willen we het internationale denken en begrip van wereldperspectieven onder onze leerlingen bevorderen, hen voorbereidend op de gevarieerde en onderling verbonden wereld. Tegelijkertijd leggen we een sterke nadruk op inclusiviteit; we streven ernaar een omgeving te zijn waar iedereen ongeacht hun achtergrond, zich welkom en gewaardeerd voelt.Deze visie sluit direct aan bij verschillende doelen. Het doel om een stevige basis te creëren komt hier aan bod, waarbij elke unieke leerling de essentiële vaardigheden verkrijgt om succesvol te zijn in hun eigen pad. Daarnaast ondersteunt de focus op persoonlijke ontwikkeling en het bevorderen van zelfstandigheid dit ook, aangezien ze beide streven naar het ondersteunen van de individuele groei en het succes van elke unieke leerling.
"Iedereen moet zich gezien en gewaardeerd voelen."
Een essentieel doel dat hierbij aansluit, is het nastreven van een inclusieve omgeving. Het doel is om een plek te creëren waar elke leerling, ongeacht hun achtergrond, zich welkom, gewaardeerd en gezien voelt. Deze ambitie is ook gekoppeld aan het doel van het bevorderen van persoonlijke ontwikkeling, omdat het belangrijk is dat elk kind zich gewaardeerd en ondersteund voelt om hun volledige potentieel te bereiken.
Het bevorderen van internationaal denken zou ook passen in deze ambitie, omdat het erkennen en waarderen van verscheidenheid een succesvolle multiculturele omgeving bevordert waarin iedereen zich gezien en gerespecteerd voelt.
In lijn met deze visie en ambitie streven we ernaar gegevens te verzamelen om inzicht te krijgen in de ontwikkeling en groei van elke unieke leerling, en om te zorgen voor voortdurende verbetering om aan hun individuele behoeften te voldoen.We zijn van mening dat een veilige en effectieve verbetercultuur het juiste evenwicht moet hebben tussen vrijheid, begrip, genegenheid maar ook duidelijk gedefinieerde grenzen. In het afgelopen jaar hebben we ter bevordering hiervan de training 'Regie in de Klas' gevolgd en samen als team het 4-ladenmodel ontwikkeld en geïmplementeerd. We hebben vooraf de mogelijke scenario's geïdentificeerd met de bijbehorende pedagogische benadering en consequenties. Van daaruit hebben we bepaald of we kiezen voor waarschuwingen, herstel of training/oefening. Door het jaar heen houden we regelmatig open en eerlijke gesprekken waar we spanningen herkennen en aangrijpen als kansen voor verbetertrajecten. De aandachtsgebieden hierbij zijn divers. Elke periode bestaat uit drie soorten gesprekken met een gestandaardiseerde vergaderstructuur:
1. Prestaties en leerresultaten
2. Ondersteuning en zorg voor leerlingen
3. Persoonlijke en teamontwikkeling
Tijdens deze meetings starten we altijd met het inzichtelijk maken van de data, updates over projecten en actiepunten van het vorige overleg. Van daaruit identificeren we aandachtspunten en wordt de agenda samengesteld. De agendapunten worden vervolgens één voor één behandeld, wat kan resulteren in voorstellen, projecten of actiepunten. De notulist noteert deze, zodat ze in de volgende vergadering geëvalueerd kunnen worden. Op deze manier waarborgen we een voortdurende verbetercyclus.Zie vorige vraag.
Ons beleid voor kwaliteitszorg is veelomvattend en houdt rekening met diverse aspecten van onderwijskwaliteit. We benaderen de kwaliteit vanuit verschillende invalshoeken, met name de focus op leerlingen, personeel, en onderwijsondersteuning binnen elke onderwijseenheid.
We volgen de ontwikkeling van onze leerlingen via ons Leerling Volgsysteem (LVS) en denken zorgvuldig na over de groepssamenstelling en ondersteuning binnen verschillende bouwen. Bij een groepsgrootte van meer dan 18 leerlingen wordt extra hulp ingeschakeld.
Daarnaast hanteren we een gestructureerde vergadercyclus die thema's zoals leerresultaten, ondersteuning en zorg voor leerlingen, en teamontwikkeling periodiek behandelt. Elke vergadering volgt een vast patroon waarbij verbeterpunten centraal staan.
Ook voeren we jaarlijkse onderzoeken uit naar het welbevinden van onze leerlingen, sociale monitoring, en tevredenheid onder ouders en medewerkers. Tweemaal per jaar worden teambijeenkomsten georganiseerd, waarbij verbeterpunten, behoeften en voorstellen verzameld worden om een jaarplanning op te stellen.
Daarnaast betrekken we ouders intensief bij onze school door meerdere keren per jaar gesprekken te voeren met ouders en leerlingen. Deze gesprekken dragen bij aan open communicatie en onderling vertrouwen, en zorgen ervoor dat we allemaal dezelfde richting op kijken in het belang van het kind. Dankzij de betrokkenheid van ouders, creëren we een sterke, gezamenlijke gemeenschap die samenwerkt om de doelstellingen van onze school te bereiken.Het schoolondersteuningsprofiel wordt een integraal aspect van onze reguliere besprekingen aan het einde van elk schooljaar met betrekking tot leerlingenzorg en ondersteuning. Deze vergaderingen bieden een platform voor het uitwisselen van zowel inzichten als eventuele spanningen met betrekking tot het schoolondersteuningsprofiel.
In het kader van deze vergaderingen zullen wij alle recente wijzigingen en verbeteringen aan het ondersteuningsprofiel doorvoeren. Vervolgens evalueren we de wijzigingen in het volgende schooljaar. Hierbij willen we opmerken dat er mogelijk al tussentijdse aanpassingen en verbeteringen zijn aangebracht aan het plan. Dit komt omdat we inzetten op een continue verbetercyclus.
Binnen deze verbetercyclus is er altijd ruimte voor bijstelling en optimalisatie. Dit betekent dat we continu monitoren, bijstellen en verbeteren waar nodig. Deze dynamische aanpak stelt ons in staat om altijd te streven naar de beste ondersteuning voor onze leerlingen en past bij onze inzet om kwalitatief hoogwaardig onderwijs te bieden. Op deze manier zorgen we ervoor dat ons schoolondersteuningsprofiel altijd aansluit bij onze groeiende en veranderende behoeften, en dat het effectief en relevant blijft voor onze school. -
SKA3 → Evaluatie, verantwoording en dialoog
De school evalueert en analyseert systematisch of zij de doelen realiseert en verantwoordt zich daarover. Ze stelt, wanneer nodig, het schoolbeleid bij en betrekt interne en externe belanghebbenden in een goed functionerende dialoog.
BasiskwaliteitDe schoolleiding monitort, evalueert, analyseert en beoordeelt als onderdeel van het stelsel van kwaliteitszorg in hoeverre de doelen en het beleid worden gerealiseerd en informeert het bestuur daarover. Zij haalt intern en extern actief informatie op om zicht te krijgen op de uitvoering, de resultaten van het onderwijs voor de leerlingen en mogelijke kansen en bedreigingen voor de verdere ontwikkeling van het onderwijs, onder meer op het gebied van de basisvaardigheden taal, rekenen en burgerschap.
Mogelijke vragen
Voor een goede overdracht en om zicht te houden op het vervolgsucces van haar leerlingen, onderhoudt de school contact met de scholen/instellingen waar deze naartoe uitstromen. De schoolleiding organiseert tegenspraak. Daarvoor gaat zij actief een dialoog aan met in ieder geval ouders, personeel, de (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad ((G)MR) en, wanneer van toepassing, leerlingen, gemeenten en/of (regionale)werkgevers.
De school informeert belanghebbenden minimaal jaarlijks op toegankelijke manier over haar doelen en werkwijze, en over de resultaten die zij heeft behaald.
De schoolleiding analyseert en beoordeelt de uitkomsten van de evaluatie en verwerkt deze wanneer nodig in het (verbeter)beleid, zodat dit bijdraagt aan ontwikkeling en verbetering van het onderwijs. Daarnaast gebruikt de school de uitkomsten van de evaluatie om de sturing te verbeteren. Zij maakt daarbij duidelijk welk effect de inbreng van belanghebbenden heeft op het borgen en bijstellen van het schoolbeleid.- Welke analyses doen we om onze doelen te beoordelen?
- Welke doelen hebben we binnen elk van de functies van het stelsel van kwaliteitszorg?
- Welke inzichten hebben we (nodig) om de resultaten van het onderwijs goed te kunnen beoordelen?
- Hoe verzorgen wij de overdracht naar de school van uitstroom?
- Houden wij ook zicht op het vervolgsucces van leerlingen die uitstromen?
- Hoe rapporteren en delen wij aan belanghebbenden onze doelen, werkwijze en resultaten die we hebben behaald?
- Hoe komen verbetervoorstellen vanuit de resultaat analyse terecht in ons beleid en plannen zodat we kunnen verbeteren?
- Hoe zorgen wij ervoor dat de belanghebbenden inbreng hebben voor het borgen/bijstellen van het schoolbeleid?
- Hoe ziet het hele raamwerk van doelen, schoolbeleid en kwaliteitscultuur zodat we weten wat we allemaal moeten beoordelen?
- Welke informatie producten hebben we intern om deze hele cyclus aan evaluatie te kunnen uitvoeren?
We voeren analyses uit op de prestaties van leerlingen. Dit gebeurt dagelijks, wekelijks en periodiek via ons LVS-programma. Voor een grondig vergelijking van de resultaten met de referentieniveaus, maken we gebruik van IEP-volgtoetsen, die ons inzicht geven in de individuele voortgang van de kinderen.
Daarnaast identificeren we eventuele hiaten in het behalen van de doelstellingen via de IEP-volgtoetsen. We maken analyses gebaseerd op het percentage aangeboden toetsen dat wel of niet succesvol wordt afgerond na een periode van lesaanbod.
We evalueren ook het schoolklimaat. Hierbij analyseren we de perceptie van ouders, kinderen en personeel over de school via tevredenheidsonderzoeken.
Wat betreft het financiële aspect, voeren we eveneens analyses uit. Het doel hiervan is om te zorgen voor een efficiënt beheer van de financiële middelen van de school.Bewaken van leeropbrengsten van leerlingen: Het monitoren en waarborgen van de vooruitgang en het succes van iedere leerling op het gebied van kennis en vaardigheden.
Effectief ondersteunen en verbeteren van het onderwijspersoneel: Het bieden van voortdurende training en hulp aan leraren en ander schoolpersoneel om hen in staat te stellen hun werk optimaal te doen.
Bevorderen en ondersteunen van een veilige en ondersteunende leeromgeving: Het creëren en handhaven van een respectvolle, inclusieve en stimulerende omgeving waarin leerlingen veilig kunnen leren.Scores en groei: Cijfers zijn belangrijk, maar niet het hele verhaal. We kijken ook naar hoeveel de kids hebben geleerd en of ze zich ontwikkelen dankzij de hulp die we geven. We toetsen dus eigenlijk meer om te zien hoe ze groeien.
Persoonlijke groei: En we kijken naar meer dan alleen schoolwerk. We houden in de gaten hoe de leerlingen zich ontwikkelen als persoon. Die details noteren we twee keer per jaar in ons Leerling Volgsysteem (LVS). Soms zien we dat een leerling wat terugvalt, vooral als er iets groters verandert in hun leven. Dat kan invloed hebben op hun sociale skills. Ook de motorische ontwikkeling en de aangeboden projecten worden bijgehouden.
Hoe gaat het sociaal? We volgen ook hoe de leerlingen onderling met elkaar omgaan. Zo krijgen we een beeld van hun sociale gedrag.
Wat vindt iedereen er zelf van? Via tevredenheidsenquêtes horen we van zowel de leerlingen, hun ouders én de medewerkers wat ze van de school vinden. Daardoor weten we hoe tevreden iedereen is met hoe het gaat.
Hoe doen de leraren het? Onze leraren zijn super belangrijk. We houden dus ook in de gaten hoe zij zich ontwikkelen en groeien in hun job.
Samengevat kijken we dus naar een heleboel verschillende dingen om te peilen hoe ons onderwijs ervoor staat: van cijfers tot persoonlijke groei en van tevredenheid bij iedereen tot de ontwikkeling van het team.Vanaf de bovenbouwfase worden de referentieniveaus nauwgezet bijgehouden en wordt er een uitstroomprofiel ontwikkeld. Dit profiel wordt regelmatig bijgesteld en gemonitord. Hierbij nemen we diverse factoren in acht, zoals gedrag, motivatie en leerbetrokkenheid. Aan het eind van de groep 7 verstrekken we een voorlopig advies, gebaseerd op al deze informatie.
In januari van het laatste schooljaar, worden de voorlopige adviezen officieel gemaakt, besproken in oudergesprekken voor de voorjaarsvakantie, en waar nodig aangepast. Na afname van doorstroomtoets in februari kan het advies enkel bij hogere dan verwachte scores worden heroverwogen. Het definitieve advies wordt uiterlijk 1 april gecommuniceerd met ouders en kinderen.
Daarnaast hebben we een goede samenwerking met de middelbare school in de gemeente Veendam, waar een groot deel van onze leerlingen naartoe gaat vanwege hun innovatieve onderwijsmodel, de 'heterogene brugklas'. Ook met andere scholen, zoals het Dr. Nassau College in Gieten, hebben we goed contact om een warme overdracht te waarborgen. Onze leerlingen lopen altijd mee op hun nieuwe school om de overgang gemakkelijker te maken.We onderhouden een hechte communicatie en na zes maanden plant de VO school in Veendam altijd een bijeenkomst waarbij we de kans krijgen om met diverse mentoren te spreken en te weten te komen hoe het momenteel met de leerlingen gaat. Dit geeft ons tevens de mogelijkheid om te beoordelen of onze gegeven adviezen toepasselijk waren.
Wij hanteren meerdere methoden om dit te realiseren. Dit omvat het gebruik van platforms zoals Scholen op de Kaart, het verstrekken van informatie en het voeren van gesprekken met ouders. Bovendien hebben we tweemaal per jaar oudergesprekken en organiseren we een informatieve avond. Regelmatig voeren we ook geplande discussies met de verschillende onderwijsniveaus. Elke dag sturen we notificaties naar het personeel van de midden- en bovenbouw met updates over de bijzonderheden van de online cursussen.
Het werken vanuit een continue verbetercyclus is een fundamentele aanpak in veel organisaties, waaronder in het onderwijs. De cyclus bestaat uit de volgende stappen:
Plan: Identificeer een kans en plan voor verbetering.
Do (Uitvoeren): Implementeer de verbetering op een kleine schaal.
Check (Controleren): Gebruik data om te analyseren of de verbetering werkt zoals verwacht.
Act (Actie): Als de oplossing succesvol is, implementeer deze dan op grotere schaal en analyseer voortdurend de resultaten. Zo niet, ga dan terug naar de eerste stap en bedenk een nieuwe oplossing voor het probleem.
In het geval van beleidswijzigingen en het implementeren van verbetervoorstellen in het primaire onderwijs, kan dit proces er als volgt uitzien:
Plan: Tijdens een teamoverleg wordt een mogelijkheid voor verbetering geïdentificeerd en wordt er nagedacht over potentiële oplossingen. Alle bevoegde teamleden, coördinatoren en directie moet hierbij betrokken zijn.
Do (Uitvoeren): Een beperkt deel van de school implementeert het nieuwe beleid of verbetervoorstel. Dit kan bijvoorbeeld een specifieke klas of afdeling zijn.
Check (Controleren): Na een bepaalde periode wordt geëvalueerd of de verandering heeft geleid tot de gewenste verbetering. Dit kan bijvoorbeeld aan de hand van leerlingenprestaties, feedback van docenten of ouders, of ander relevant bewijs.
Act (Actie): Als de uitkomsten positief zijn, dan wordt de verandering op grotere schaal ingevoerd, met voortdurende monitoring en evaluatie. Als de resultaten echter niet aan de verwachtingen voldoen, wordt het plan aangepast of wordt een nieuw plan opgesteld, en begint de cyclus opnieuw.
Een belangrijke factor hierbij is dat verbetervoorstellen of beleidswijzigingen pas mogen worden geïmplementeerd als alle betrokken teamleden en de coördinator en directie het met de betreffende voorstellen eens zijn. Het wijzigen van afspraken en/of beleid zal een actiepunt zijn, dat zal moeten worden opgevolgd totdat de gewenste verbeteringen geïmplementeerd en effectief zijn.Nieuwsbrieven: Gebruik deze als middel om belangrijke informatie te verspreiden en betrokkenheid te stimuleren en feedback te verzamelen van suggesties en tips.
Medezeggenschapsraad (MR): Laat de MR actief deelnemen aan het besluitvormingsproces om diverse perspectieven in het schoolbeleid op te nemen.
Tevredenheidsenquêtes: Gebruik enquêtes om inzicht te krijgen in de sterke punten en verbeterpunten van het schoolbeleid.
Gesprekken met Kinderen en Ouders: Voer regelmatig gesprekken met kinderen en ouders om hun meningen en suggesties voor beleidsverbeteringen te horen.Zie alle voorgaande.